​Visie op veehouderij onderscheidt NSC van BBB

Hoewel de politieke partijen van Caroline van der Plas (BBB) en Pieter Omtzigt (NSC) raakvlakken hebben, zit er een groot verschil in de manier waarop beiden naar de veehouderij kijken. Dat blijkt uit het gisteren verschenen verkiezingsprogramma van NSC. NSC wil een veeteelt die meer dan nu in evenwicht is met de omgeving. De hoeveelheid vee moet afgestemd worden op de milieugebruiksruimte en de beschikbare grond in Nederland, vindt de partij. Voor de varkens-, geiten-, kalver- en kippenhouderij betekent dit minder ruimte vanwege import van veevoer en afvoer van mest. 'Ook deze sectoren zullen meer grondgebonden en circulair moeten worden, meer moeten bijdragen aan biodiversiteit, landschap en dierenwelzijn en aan verminderde risico’s voor de volksgezondheid', aldus NSC.Het huidige opkoopbeleid verandert als het aan de partij van Pieter Omtzigt ligt. De focus van het opkopen van bedrijven wordt verlegd naar de intensieve veehouderij in de concentratiegebieden. NSC wil daarnaast geen nieuwe vergunningen voor grote (mega)stallen. De partij kiest duidelijk voor een meer grondgebonden melkveehouderij die op regionaal niveau zo veel mogelijk circulair is en de drager is van het weidelandschap. BBB spreekt niet van krimp van de veestapel en wil juist innovatie inzetten om stikstofuitstoot te verminderen. Voor Caroline van der Plas staat de voedselvoorziening voorop. De partij houdt het in het verkiezingsprogramma pragmatische aanpak: 'We exporteren veel kennis, innovatie en producten waarmee we toegevoegde waarde kunnen leveren. Tegelijkertijd importeren we agrarische producten en voedingsmiddelen die hier minder een natuurlijke oorsprong hebben. Als handelsnatie verzekeren we ons door middel van import en export van voedselzekerheid. Voor onszelf, maar ook voor de landen direct om ons heen, met veel aandacht voor dierenwelzijn en milieu.'