Helft van kalverhouders is piekbelaster
Ongeveer 630 kalverbedrijven worden gerekend tot de piekbelasters. Dat is ongeveer de helft van alle kalverbedrijven in Nederland. Gelderland, met 558 bedrijven, springt daar weer ver bovenuit. Dat blijkt uit cijfers die door Cor Pierik van het Centraal Bureau voor de Statistiek zijn gedeeld. Kippen/kalkoenenbedrijven (37%), varkensbedrijven (22%) en melkveebedrijven (7%) zijn veel minder vertegenwoordigd in het aandeel piekbelasters van het totaal aantal bedrijven per sector.Dat de kalversector er uit springt, komt door de gehanteerde rekenmethode van het ministerie. Onderzoeksjournalist Geesje Rotgers heeft hiervan een analyse gemaakt. Ze constateert dat het ministerie gekozen heeft voor een berekening waarin alleen de stikstof die vrijkomt uit stallen meetelt en niet de stikstof die vrijkomt uit de bemesting van landbouwgrond.Aanvankelijk werd een andere definitie voor piekbelaster gehanteerd. Het ging steeds om bedrijven op korte afstand van natuurgebieden, op pakweg maximaal één tot twee kilometer. Deze keer koos het ministerie voor een veel ruimere afstandsgrens, namelijk 25 kilometer. Hierdoor komen vrijwel alle veehouderijen in Nederland onder invloed van stikstofgevoelige natuur. Door vervolgens emissies van de grond niet mee te nemen, vallen vooral de 'intensieve' kalver-, pluimvee en varkensbedrijven onder de noemer van piekbelaster.Omdat er ook gekozen is voor een depositie van 2.500 mol/jaar op een natuurgebied komen bedrijven bovendrijven die de meeste hectares stikstofgevoelige natuur binnen de straal van 25 kilometer hebben. Bedrijven in of rondom het grootste natuurgebied in Nederland, de Veluwe, voeren derhalve de lijst van piekbelasters aan. Rotgers: “De overheid heeft de Aerius-calculator zodanig ingericht, dat die stuurt op gewenste uitkomsten.”
Deel dit artikel