Handelen in fosfaatrechten, hoe zit het nu precies?

Met de ingang van het fosfaatrechtenstelsel op 1 januari 2018 zijn fosfaatrechten vrij verhandelbaar. In een ministeriële regeling zijn de regels met betrekking tot de fosfaatbank bekendgemaakt. In dit artikel geven we antwoord op veelgestelde vragen omtrent de fosfaatbank.

Fosfaatbank vormen

Bij iedere transactie met fosfaatrechten wordt – met de bekende uitzonderingen – 10% van de overgedragen rechten afgeroomd. Deze afroming is er enerzijds voor om onder het mestproductieplafond van 172,9 miljoen kilogram (kg) op jaarbasis te blijven. Ook is de afroming bedoeld om een fosfaatbank te vormen. Als de fosfaatproductie weer onder het productieplafond is gebracht, wordt het aantal kilogram fosfaat in de fosfaatbank via ontheffingen toegedeeld.

Wat is een fosfaatbank?

De fosfaatbank is een verzameling van de hoeveelheid afgeroomde fosfaatrechten (in kg fosfaat) die in de vorm van een ontheffing weer kunnen worden uitgegeven. De Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) houdt het aantal kilogram fosfaat in de fosfaatbank bij op haar website. In de Staatscourant maakt minister Schouten van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit de aanvraagperiode en het aantal beschikbare kilogrammen fosfaat bekend. Dit is waarschijnlijk aan het einde van het jaar, omdat de fosfaatbank dan het meeste ‘gevuld’ is.

Aan wie worden de ontheffingen toegedeeld?

De ontheffingen worden verleend ter bevordering van de grondgebondenheid en het stimuleren van jonge landbouwers in Nederland. Alleen grondgebonden landbouwers komen in aanmerking. Niet-grondgebonden boeren komen dus niet in aanmerking voor een ontheffing, ook niet als het om een jonge landbouwers gaat.

Een jonge landbouwer moet gedurende de hele ontheffingsperiode bedrijfshoofd zijn en voldoen aan de eisen die daaraan zijn gesteld. De definitie van het begrip ‘jonge landbouwer’ sluit aan bij de definitie van dit begrip in het Gemeenschappelijk Landbouw Beleid. Het komt er in het kort neer op dat de aanvrager:

40 jaar of jonger is in het jaar van de aanvraag en zich in de 5 voorgaande jaren voor het eerst heeft gevestigd
blokkerende zeggenschap heeft ten aanzien van ondernemingsbeslissingen met een waarde van € 25.000 of meer en mede belast is met de dagelijkse bedrijfsvoering
Niet overdraagbaar

De ontheffingen zijn bedrijfsgebonden en niet overdraagbaar. Een ontheffing wordt voor een periode van 5 jaar toegekend. Een bedrijf dat een ontheffing krijgt, mag in die 5 jaar geen fosfaatrechten vervreemden. Hieronder valt zowel verkoop als verleasen. Ook moet het bedrijf grondgebonden blijven, waarbij het aantal kilogrammen waarvoor ontheffing is verleend, wordt meegerekend.

Een bedrijf kan dus alleen ontheffing vragen als zij ook voor de extra kilogrammen fosfaatruimte ter beschikking heeft. Bovendien is het in de jaren van de ontheffing vereist dat deze ruimte ook daadwerkelijk aanwezig is. Als er meer aanvragen voor ontheffing zijn dan het aantal kilogram fosfaat dat uit de fosfaatbank in aanmerking komt voor ontheffing, volgt een loting. Een jonge landbouwer maakt hierbij 2 keer meer kans dan een grondgebonden landbouwer.

Afspraken over de overdracht

Houdt u melkvee in diercategorie 100, 101 en 102 in het jaar van de overdracht? Dan is het belangrijk dat u zelf voldoende rechten overhoud voor uw dieren. U maakt daarom afspraken over de hoeveelheid rechten die de verwerver in het jaar van de overdracht mag gebruiken. Dit wordt benutting genoemd. De hoeveelheid rechten die u als vervreemder zelf in het jaar van overdracht nodig heeft, kan de verwerver in dat jaar niet gebruiken voor zijn of haar melkvee in diercategorie 100, 101 en 102.

U maakt daarom niet alleen afspraken met de verwerver over de over te dragen rechten. U spreekt ook af wat de benutting hiervan is in het jaar van overdracht. Dit geeft u ook aan in het overdrachtsformulier. De hoeveelheid rechten die u niet nodig heeft, en dus ook niet benut, kan door de verwerver worden benut in het jaar van de overdracht. Vanaf het volgende kalenderjaar mag de verwerver de volledig overgedragen rechten gebruiken. Als de overdracht wordt afgeroomd is deze benutting nooit groter dan 90% van het totaal aantal overgedragen rechten.

Voorbeeld

U heeft 100 fosfaatrechten ontvangen en meld de overdracht hiervan in 2018. Er is geen sprake van een uitzondering, dus de overdracht wordt met 10% afgeroomd. Dit betekent dat de verwerver maximaal 90 kg fosfaatrechten bijgeschreven krijgt. U heeft zelf in 2018 30 kg fosfaatrechten nodig voor uw melkvee. U verkoopt al uw melkvee in 2018. In 2019 heeft u daarom 0 rechten nodig.

In 2018 ziet de overdracht er dan als volgt uit: U draagt als vervreemder 100 kg rechten over met een benutting van 70 kg in 2018. De verwerver ontvangt na de 10% afroming 90 kg fosfaatrechten. Hiervan mag hij of zij in 2018 70 kg benutten. Bij de verwerver worden in 2018 dus 70 kg benutbare fosfaatrechten bijgeboekt en voor 2019 90 kg. De vervreemder houdt voor 2018 30 kg benutbare fosfaatrechten en voor 2019 0 kg.

U ziet de volgende samenvatting in het overdrachtsformulier. Deze is geschetst voor de verwerver.

Fosfaatrechten 2019: 100 – 10 = 90 kg
Fosfaatrechten in 2018: 70 kg

Of:
U besluit in december 2018 te stoppen met uw bedrijf en u gaat uw vee en uw fosfaatrechten apart verkopen in 2018. Het gaat om 1.000 kg fosfaatrechten. Er is geen sprake van een uitzondering, dus de overdracht wordt met 10% afgeroomd. Omdat u gedurende heel 2018 uw volledige veestapel heeft gehad, moet u over 2018 over voldoende fosfaatrechten beschikken, in dit geval 1.000 kg fosfaatrechten.

In 2018 ziet de overdracht er dan als volgt uit: U draagt als vervreemder 1.000 kg rechten over met een benutting van 0 kg in 2018. De verwerver ontvangt na de 10% afroming 900 kg fosfaatrechten. Hiervan mag hij of zij in 2018 0 kg benutten. Bij de verwerver worden in 2018 dus geen fosfaatrechten bijgeboekt en voor 2019 worden 900 kg bijgeboekt. De vervreemder houdt voor 2018 1.000 kg fosfaatrechten en voor 2019 0 kg.

U ziet dan de volgende samenvatting in het overdrachtsformulier. Deze is geschetst voor de verwerver.

Fosfaatrechten 2019: 1.000 – 100 = 900 kg
Fosfaatrechten in 2018: 0 kg

Rechten verleasen

Het is ook mogelijk om uw rechten te verleasen. U meldt dit met 2 overdrachtsformulieren. De vervreemder draagt de rechten eerst over aan de verwerver. Deze overdracht wordt met 10% afgeroomd, tenzij er sprake is van een uitzondering. De verwerver draagt vervolgens binnen hetzelfde kalenderjaar de verworven fosfaatrechten over naar de oorspronkelijke vervreemder. Deze tweede overdracht wordt niet met 10% afgeroomd als deze binnen hetzelfde kalenderjaar wordt gemeld.

Wanneer is een bedrijf grondgebonden?

Een bedrijf wordt aangemerkt als grondgebonden wanneer de productieruimte groter dan nul is. De productieruimte is de fosfaatruimte van het bedrijf op 15 mei in het jaar van aanvraag – het aantal fosfaatrechten dat het bedrijf op 1 september heeft.

Voor natuurterrein dat uit grasland bestaat, wordt gerekend met 70 kilogram fosfaat per hectare. Overig natuurterrein telt voor 20 kilogram fosfaat per hectare mee. Het is nog niet duidelijk of de BEP-norm mag worden toegepast.

Wanneer gaat de regeling in?

De regeling gaat waarschijnlijk per 1 november 2018 in.

Wat gebeurt er na een aanvraag voor een ontheffing?

Op een aanvraag om ontheffing moet binnen 13 weken een beslissing volgen. Een toegekende ontheffing gaat in op 1 januari in het kalenderjaar dat volgt op het kalenderjaar waarin de aanvraag is gedaan. Dus een ontheffing die in 2018 is aangevraagd, geldt vanaf 1 januari 2019.

Bron: Countus/RVO

Deel dit artikel

Het laatste nieuws voor tijdens de koffie

Altijd op de hoogte blijven van nieuws met betrekking tot melkveebedrijf en fosfaatrechten ? De Nieuwsgrazer nieuwsbrief wordt dagelijks verstuurd om 10:00. Meld je ook aan!

REACTIES
0
DEELNEMERS
0
WEERGAVES
0